In Nederland was geen enkel ander dier dit voorjaar zo prominent in het nieuws als de das. Deze inheemse roofdiertjes bezorgden treinreizigers in Friesland en Brabant flink wat vertraging. Door uitbreiding van onze dorpen en steden is het leefgebied van de das steeds kleiner geworden. En waar bouwen dassen graag een burcht voor hun familie? Bij voorkeur op hoog en droog gelegen plekken, lekker ver weg van grondwater. In een talud van een treinspoor bijvoorbeeld.
Ook onze opdrachtgevers krijgen bij hun ruimtelijke plannen regelmatig te maken met de das. Als onze ecologen sporen tegenkomen – burchten, graafactiviteit, wissels (=vaste paden door hun gebied), dassenhaar aan prikkeldraad enzovoorts – dan plaatsen we minstens zes weken cameravallen. Zo komen onze ecologen meer te weten over hoeveel dassen er leven en waar ze zich bevinden. Een cameraval klinkt overigens enger dan het is; het is gewoon een wildcamera die dag en nacht opnames maakt bij elke (met infrarood) geregistreerde beweging van iets wat warmte uitstraalt. Het lijfje van een das bijvoorbeeld. Dat leverde onderstaand filmpje op in het plangebied van een van onze opdrachtgever. Eigenlijk zijn het aan elkaar geplakte foto’s van een ijverig gravende das, eerder gedeeld op onze LinkedIn-pagina.
De aanwezigheid van een das(senfamilie) hoeft je ruimtelijke plannen zeker niet te dwarsbomen. Wel moet je maatregelen nemen om de das zo min mogelijk te storen in zijn leefgebied. Zo mag je bijvoorbeeld alleen overdag werkzaamheden uitvoeren (de das is een nachtdier!) en is tuinverlichting bij dassengebied maar beperkt toegestaan. Een projectontwikkelaar moet genoeg groen aanleggen of intact houden (struikgewas, grasland etc.) waar de das lekker kan struinen.
Hoewel je een dassenburcht in principe niet mag verwijderen, is het wel mogelijk om hiervoor een ontheffing te krijgen als de volksgezondheid of een ander groot publiek belang in het geding is. Dit was bijvoorbeeld het geval in Friesland en Brabant, waar dassenburchten de stabiliteit van het spoor bedreigden. De dassen in Friesland krijgen een alternatief onderkomen: een door mensen gemaakte ‘kunstburcht’. En deze goedzakjes verdienen onze goodwill ook: wat wij kunnen leren van de das is dat ze elkaars grenzen – gemarkeerd door geur- en ontlastingssporen – in principe respecteren. Soms vechten ze (in paartijd of om de hiërarchie), maar verder zijn dassen sociale dieren met binnen hun ‘clan’ sterke vriendschapsbanden. Ook gedogen ze bijvoorbeeld muizen, bunzingen en vossen in hun burcht.
De moraal van het verhaal: bivakkeert de beschermde das in je plangebied? Laat je dan adviseren door onze ecologen. Als beloning zullen we deze mooie zwartwitte snoetjes nog lang blijven tegenkomen in Nederland.